De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft in een brief aan de Tweede Kamer meegedeeld dat de AOW-leeftijd in het jaar 2025 67 jaar zal bedragen. Dat is gelijk aan de AOW-leeftijd in de jaren 2022 tot en met 2024 op basis van het pensioenakkoord.
De AOW-leeftijd voor 2025 is berekend aan de hand van de raming van de gemiddelde resterende levensverwachting op 65-jarige leeftijd voor 2025 en 2031. Het CBS gaat uit van een gemiddelde resterende levensverwachting op 65-jarige leeftijd in 2025 van 20,75 jaar en van 21,43 jaar in 2031. Op basis van de prognose van de gemiddelde resterende levensverwachting op 65-jarige leeftijd in 2031 blijft de pensioenrichtleeftijd tot en met 2021 68 jaar.
Bron: Ministerie van Sociale Zaken | besluit | 2019-0000151204 | 07-11-2019